maandag 25 oktober 2010

Bridge-to-Bridge, zeker geen brug te ver . . . .

Het is herfst, en dat is te merken ook. Het wedstrijdseizoen loopt ten einde, en ook dat is te merken. Mijn slechte knie vindt het na meer dan 30 wedstrijden wel welletjes, mijn rechterschouder doet al pijn als ik m’n arm wil optillen. Vorige week zijn we, tegen beter weten in, toch nog naar Lanaken geweest voor een wedstrijdje. Het was verschrikkelijk bar, boos en koud herfstweer, en dat in ogenschouw nemend vielen de prestaties niet eens tegen. Veertig meter met slingeren, 36 met discus en bijna 12 met kogelstoten. Maar het decor was zeer triest, weggedoken in hun stoeltjes met de parapluie stevig vastgeklemd boven hun hoofden zaten de atleten verkleumd te wachten op hun beurt. De meegereisde supporters zochten de warmte van de kantine op, door de beslagen ramen vergeefs turend naar een speer of discus tussen die regen en voorbij jagende herfstbladeren. Er was één heel verrassende troost, na afloop werden we uitbetaald door de penningmeester. Onze prestaties werden, je gelooft het niet, beloond met 0,10 cent per meter voor de lange werpnummers en 0,25 cent per meter voor kogelstoten. Dat heb ik nog nooit meegemaakt, we hebben dan ook meteen besloten onze winst na afloop te verbrassen in een “frituur” in Lanaken, werd het toch nog gezellig. Afgelopen zaterdag was er nog zo’n wedstrijdje in Sint Niklaas, maar dat hebben we maar gelaten. Want zondagmorgen moest ik héél vroeg uit de veren om mee te jureren bij de Bridge-to-Bridge loop van Orion. Dat is altijd zo’n gezellige reünie met een aantal oude sportmakkers, de wedstrijd op zich met méér dan 1100 deelnemers is bovendien een waarlijk en geweldig volksfeest in Blerick.

Maar erg vroeg was het wel, even na half acht werden Henk en ik afgezet bij het Raodhoès in Blerick. Het was nog donker, en het miezerde en we waren niet eens de eersten. Zes man stonden gebogen over zo’n vijftig enorme Meccano-doos-blokken. We vroegen wat we konden doen: “Meehelpen met de start en finishboog!”. Een soort bloednerveuze hopman probeerde een vijftal eigenwijze verkennertjes resoluut aan te sturen om die vijftig ingewikkelde buis-elementen te formeren naar een aansprekend bouwwerk. Met nog twee van die eigenwijzen daarbij verhoogt dat alleen maar de hilariteit. “We missen een verbindingsstuk!”. “Dat kan niet, dat moet er zijn”. De miezelregen gaat over in een plensbui, de paraplu's gaan open waardoor de ongestructureerde constructiegroep meteen rijp is voor op Youtube. Henk gaat op zoek naar een inmiddels ongetwijfeld drijfnatte bouwtekening en ik scan de overige 49 stukken op het voor ons ontbrekende. “Dat is ‘m”, zeg ik tegen de hopman, “Nee, dat kan niet, die hebben we hier hard nodig”. Iemand uit het verwarde groepje mompelt: ”Maar als Jan dat zegt!”. De hopman kijkt me aan en demonteert meteen ons ontbrekend stuk. Het in elkaar steken en vastzetten met pen-en-gat-verbindingen begint en in no-time staat het gevaarte precies op de plek waar straks die 1100 man moeten starten. “Verrek, het START-doek moet er nog in”, geen punt voor Henk en een tweede moedige volgeling, ze klimmen in het trotse gevaarte en het levensgrote doek wordt met touwen en tie-rips vastgesjord. “Ut is tijd voor koffie!”, en omdat we nog geen herkenbare Orion-buttons hebben moeten we de juffrouw eerst nog overtuigen dat we hier zo vroeg niet voor de 'kloeëte-van-de-hermenie' zijn, even later staan zeven drijfnatte verkennertjes en een tevreden hopman met een bekertje koffie in de hand.

En alsof er nog gerechtigheid bestaat, als we naar buiten gaan voor het “aankleden” van de start en finish straalt het zonnetje, heerlijk! En dat zal zo verder blijven, “We hebben altijd goed weer” lacht een van de grote organisatoren wel wat overdreven breed. “De zon is eigenlijk te vroeg, want er wordt pas om negen uur een Mis voor ons gelezen”.

De jurytaken zijn verdeeld en de wedstrijd begint. Wie anders dan onze wapendeskundige Jac bedient het startpistool. Hij heeft zijn actieve sportcarrière al 25 jaar beëindigd, maar is in de boeken nog steeds onbedreigd de beste regionale speerwerper. En ook dat andere wat kleinere wapen, dat startpistool, is gewoon één met Jac en gehoorzaamt gedwee naar zijn hand. Maar oh jee, de voorzitter ziet dat bij de start alle ogen gericht zijn op die ene starter, en dat alle lopers meteen reageren op dat indrukwekkende startschot. Dat is iets wat voorzitters ook wel willen: “Zal ik de volgende groep starten?”.
Mij best” en Jac vertrouwt zijn wapen toe aan de kwispelende voorzitter. Glimmend van trots steekt hij het ding in de lucht en roept “Op uw plaatsen, klaar . . . “. “Kets” doet het pistooltje en de voorzitter kijkt verschrikt, verschoond van enige wapenkennis, lichtelijk geïrriteerd naar zijn hand en om zich heen. Wat minder glimmend en wat norsig probeert hij het nog eens “Op uw plaatsen, klaar . . . “. “Kets” doet het pistooltje vastbesloten. Iedereen lacht en de voorzitter ondergaat wat voorzitters eigenlijk helemaal niet leuk vinden. Hij wordt rood tot in zijn nek en Jac redt de situatie, pakt het startpistool, ontgrendelt hem vakkundig en “PANG”. De meute rent weg, slechts één iemand met een illusie armer achterlatend. Voor de start van de hoofdgroep komt een bestuurder (functie bij de schrijver bekend) informeren of die 650 man en vrouw wel allemaal in die startkooi gaan passen? “Ja hoor”, zegt Hans, “Jan heeft gezegd dat het kan!”. “Oh ja, dan is het goed!”, en de man loopt volledig gerustgesteld weg. Ik kijk Hans totaal verslagen aan, en we barsten allebei uit van het lachen.

Twee mannen voor de blinkende Limburger-bus doen ontzettend hun best om de wedstrijd te verslaan. De een vult de nader aan, oftewel de een zet voor en de ander kopt in. Het wedstrijdverloop geeft niet altijd voldoende voer om de tijd vol te lullen. Een oma komt naar de geluidswagen en vraagt aan het komisch duo: “Wilt u dat verhaal van net nog even herhalen? Mijn kleindochter haar vriend die loopt ook mee! Hij werkt bij de KLM, was even plassen en heeft jullie verhaal gemist!”. De mannen kijken elkaar aan, twee vette knipogen, dat is weer genoeg stof om de komende 10 minuten vol te lullen met iets wat totaal niks met hardlopen te maken heeft. Je begrijpt het al, oma wordt in de zeik genomen, maar oma’s laten zich niet zo gauw aan de kant zetten, zeker niet als het te maken heeft met kleindochters. Maar deze strijd is ongelijk en oma druipt af, even later zie ik een jongeman in een KLM-shirt die ontzettend enthousiast wordt aangemoedigd door een oudere mevrouw en haar kleindochter. Peppie en Kokkie hebben intussen ontdekt dat er een dame meeloopt op blote voeten, de volgende 52 minuten zijn weer voorzien. Want zo snel loopt Mey Ying Tio-Than de 10 kilometer, wat was ik blij dat ze haar naam niet konden vinden. Wel werd ze wat smalend uitgenodigd om de “Zes uur van Stein” blootsvoets mee te lopen, het sadistische duo bleek wel bereid om de organisatie dennenappels en, je gelooft je oren niet, wat glasscherven op het parcours te laten strooien.

Dit zijn natuurlijk wat smeuïge details die lopers en toeschouwers zeer waarschijnlijk zijn ontgaan, want die hebben gegarandeerd genoten van een schitterende wedstrijd onder een strakblauw najaarszonnetje. Maar ja, ik stond daar met m’n sportmaten keurig in rode jassen te jureren en daar tussendoor wat oude koeien uit de sloot te halen. En dan komt er af en toe ook een dijenkletser en een lichte ergernis voorbij waaien. Te jammer om te laten schieten?

Orion . . . . wat een schitterend evenement die Bridge-to-Bridge . . . . proficiat. 

vrijdag 15 oktober 2010

Welke taak kan grootser en heerlijker zijn

Genealogie is een discipline van de geschiedenis die zich bezighoudt met voorouderonderzoek. Sinds 1980 is dat naast de werpvijfkamp een van mijn andere gedreven vrijetijdsbestedingen. Mijn uitdaging ligt zeker niet in het lezen over de 80-jarige oorlog, de roemruchte veldslagen, onze misdragingen onder de vlag van de VOC of hoe Hannibal met zijn olifanten de Alpen overtrok. Nee, er moet een uitdaging liggen, zoiets vergelijkbaars als 50 meter willen kogelslingeren. Mijn specifieke belangstelling binnen de genealogie ligt bij het wel en wee van de gewone man, en dan ook nog vóór 1800.

Het gevecht om het dagelijks bestaan tegen de onderdrukking van kerk, adel en staat. Leven met de angsten tegen bedreigende ziektes, kindersterfte, oorlogen en de niet te stoppen natuurelementen. Daarvoor dring ik diep in de stoffige archieven, op zoek naar papieren en geschriften die niemand wil doorworstelen. En die zijn er nog, voor mij geen microfiches of gedigitaliseerde archieven. Nee, bij het openslaan van de volgende bladzijde moet het fijne zand naar het midden riezelen. Het zand dat de inkt méér dan 300 jaar geleden sneller indroogde. Het geluid van dat zand dat mij nu de rillingen over de rug bezorgt, dat die muffige lucht langs mijn nieuwgierige neus doet bewegen. “Wat vond men toen belangrijk genoeg om het op te schrijven, wat vinden wij nu nog belangrijk genoeg om het te bewaren?”. Dat wil ik ontsluiten om zandkorreltje voor zandkorreltje te komen tot die zandbak van het dagelijks leven van onze voorouders.

Op dit moment ben ik bezig in het Gemeente Archief Venlo met Grubbenvorst en probeer de verpachting van akkerland in 1699 te transcriberen. Treedt eens binnen in het leven van ook jouw voorouders, lees het eens door.

C(on)ditien waer na(er) de tij(de)licke kerckmrs Frerick Jans ende Jan op Grubben naer voorgaende kercke publicatie gerichtelick hebben verpaght de naervolgende stucken ackerlandts aengaende de voorss: parochiale kercke deser Heerlickheijdt als volgt.
Ierstelick sal dese pachtinghe duijren ses stedinghe naer een ander volgende jaren, wedersijdts te moegen mit de halve jaren opcondigen, mits de opsegginge geschiede naer landts costume. Ten tweede sal op jeder parceel ackerlandts twee kertsen aengestecken worden, bij de eerste ende tweede soo veel te hooghen als een jeder sal gelieven, edoch niet minder als eenen hauster [ca.53 liter] roggen. De aenvanck vant voornoembde bouwlandt sal wesen naest aenstaende somber stoppelbloot, ende oock also op denselven tijdt soo mit de halve ofte heele jaren quitteren. De pachte(rs) (su)llen hunnen paght alle jaers op St.Michiel [29 september] in reijnen leverbaren rogge leveren aen handen van de voorss kerckmrs ende in venlosche maete. De pachters sullen oock voor hunnen belooffde pachten gehouden wesen suffisante borghen te stellen onder deses gerichten dwanckbaer, naert goettvinden der gerichtspersonen daer over staende. Dan in vall deselve geene borghe en conden vinden, sullen deselve parceelen wederom opt nieuws verpacht worden, ende wat deselve alsdan minder in pachtinghe quaemen te gelden, sullen de lichtvoirdighe aenhoogers opleggen ende betaelen, ende watt meerder sal commen tot prouffijte van parochiale kercke. Item Godtsgeldt off armengeldt ende gerichts costen sullen pachters aenstondts betaelen sonder minderinghe van hunnen paght, ende tot lijcoop van jeder malder een vaen biers. Oock wordt (geco)nditioneert, dat in vall de voorss: pa(cht) niet hoogh genouch in pachtinge en quaemen, reserveren de voornoembde verpachters deselve wederom op te nemen sonder eenighe ontgeltenisse, waerinne bij hunnen raedt sullen doen binnen ½ uhre naert vuijttbranden van de leste kertse.


Ik kon jullie al halverwege horen denken:”Wat moet ik daar nu mee?”. Ja ja, voor jullie misschien dat zandkorreltje in het oog, voor mij weer een volgende poging met kogelslingeren om die nooit haalbare 50 meter te bereiken. Mijn gedrevenheid?

Welke taak kan grootser en heerlijker zijn, dan het leven van zoveel doden, die herinnering aan zovele vergetenen en het licht aan velerlei, wat in het duister verscholen bleef, terug te geven.

maandag 11 oktober 2010

Wat unne muggezifter

Bij sommigen is het compleet overbodig om over mensenkennis te beschikken. Bij DWDD (de wereld draait door) gebruiken ze van die zogenaamde sidekicks met de bedoeling om het programma wat smeuïger te maken. Geregeld zitten daar van die miereneukers en kwijlebabbels als Jan Mulder en Prem Radhakishun aan tafel, wat een stelletje klojo’s. Ik ga bijna over m’n nek (citaat Jan) als je denkt omdat alles goddelijk is, ook alles gezegd mag worden (citaat Prem). Quasi geïrriteerd laat Jan Mulder zich ongegeneerd met een priemend vingertje over DWDD-desk vallen “Wat een stelletje klootzakken, wat denken ze wel niet . . “, of op z’n stoel wippend kraait Prem Radhakishun met zijn kwijlend piepstemmetje “Dit kabinet is Bruin-1”, daarbij in zijn toelichting nog eens overbodig verwijzend naar de Tweede Wereldoorlog. Hoe durven die twee ooit nog aanzet tot polarisatie, discriminatie, fair-play, sportiviteit en wederzijds respect serieus in hun mond te nemen, bah!

Bij onze vaste kern werpvijfkampers zijn fair-play, sportiviteit en wederzijds respect ongeschreven regels met het gewicht van twintig slingerkogels. Soms vliegt er wel eens eentje in het net, ik had het al voorspeld: “Hij is nog steeds aan het rekenen en controleren of het allemaal wel klopt!!??” stond in het verslag van de bliksem-vijfkamp. En jawel hoor, de eerste e-mails lopen al binnen. Niemand van ons twijfelt aan de integriteit van Michel Leinders, bovendien werd in alle openheid gejureerd, gemeten en de uitslag bepaald. De prijzen zijn verdeeld en we kijken alweer vooruit naar de volgende wedstrijd in Lanaken. Michel had mij gevraagd om de uitslagen op Lampis te zetten en dat is op de wedstrijddag dan ook keurig geregeld.

Nu wordt onze Michel openlijk te kakken gezet met kreten als: “Jammer dat Michel de resultaten nog niet heeft gepubliceerd”, “bij het pielen met de punten samen met Michel”, “tot mijn grote verbazing zie ik dit terug in onderstaande uitslag! Zou ik dan toch winnaar zijn? Maar hoe kon Frans dan ook een ander verschil hebben? Wat is hier aan de hand? Gesjoemel? Welke wedstrijd met welke resultaten is dit resultaat behaald?”

Het was een geweldige dag, heerlijk weer en een spannende wedstrijd, en die ene centimeter met kogel en die twee punten van Frans veranderen daar niets aan, en ook niet aan de uitslag.

Maar ja, de wereld draait door, en als Matthijs van Nieuwkerk nog een nieuwe sidekick, tafelheer of azijnpisser zoekt, ik ken er nog eentje. Ik heb wel bovenstaand voorval alvast gemeld aan Jan Mulder als een van de “vijf ergernissen van deze week”.

zaterdag 9 oktober 2010

Een werpvijfkamp, maar dan anders . . .

Onder een stralend herfstzonnetje beleefden slechts luttele negen wat oudere, maar goed doorvoed en voorbereide deelnemers een geweldige middag bij Unitas Sittard. Ga d’r maar eens aan staan, binnen een kwartier een werpvijfkamp afwerken. Maar dan ietsjes anders . . . . deze keer was niet de winnaar degene die de meeste punten haalt, maar de werper die binnen dat kwartier zijn persoonlijk record op de werpvijfkamp het dichtst benaderd, en die het snelst tevreden en klaar is met zijn achtereenvolgende kogelslingeren, kogelstoten, discuswerpen, speerwerpen en gewichtwerpen. Bij dat “op z’n snelst” is dan wel de beperkende regel dat je binnen 15% van je persoonlijk record moet blijven. Een geweldig idee die bliksem-werpvijfkamp.

Henk van Bakel (Swift Atletiek) had weliswaar de snelste tijd met 3:15min., maar vergat in zijn ijver binnen de vereiste 15% te blijven, nu ging Bert Vreeswijk (AV Typhoon) met het mooie ingelijste diploma aan de haal, zijn eindtijd was 4:52min. De strijd om de beste benadering van het persoonlijke record was heel gemeen spannend tussen de twee Swift-atleten Jeroen van Emmerik en Frans Klep. Jeroen dacht dat na correctie van zijn kogelstoot-prestatie te gaan winnen met een minimaal verschil van -1,45%. Maar nadat Frans Klep zijn PR had laten corrigeren bleek hij de uiteindelijke winnaar met slecht 4/100-ste verschil met Jeroen. Hij is nog steeds aan het rekenen en controleren of het allemaal wel klopt!!??

Peter Holthuijsen (Swift Atletiek) bleek uitstekend op worp met liefst drie beste jaarprestaties. Zijn 13.54m met gewichtwerpen en 42.21m met speer droegen bij tot het aanscherpen met één punt van zijn beste werpvijfkamp van 2010. Commentaar van Peter: ”Dit is echt wat voor mij, heb ik geen tijd om na te denken!”. Verheugend was het heroptreden van Wim Hellebrekers (AV Weert), na een gedwongen blessure-periode van twee jaar was hij er weer bij. De M60-klasse is gewaarschuwd, kijk maar eens naar zijn prestaties.

Veel dank naar de perfecte organisatie van AV Unitas Sittard, “op z’n Limburgs” werden we ‘s morgens ontvangen met koffie met vlaai, Michel (Leinders) legde e.e.a. keurig uit en had de ambulante jury goed geïnstrueerd. Ongelooflijk dat zo weinigen op dit geweldige en unieke evenement afkomen.

Maar volgend jaar is er weer een Bliksem-Werpvijfkamp, dus hou het in de gaten. Bedankt mannen van Unitas, bedankt Tina en Marijke voor het jureren en foto's maken en . . . . . ! Even klikken op onderstaande afbeelding en je ziet alle uitslagen.