vrijdag 19 april 2013

We mogen niet somberen

Het is alweer verschrikkelijk lang geleden dat ik een nieuw stukje aan mijn weblog kon toevertrouwen. Maar ik heb er in de tussentijd wel veel geschreven en nog veel meer door mijn hoofd laten gaan, maar ja, we mogen niet somberen. In deze crisis moeten we positief blijven, en alle artikeltjes waren wat zwaar en zijn dan ook verdwenen naar die emotieloze harde schijf. Maar nu is dat voorbij, we mogen weer, volgens Rutte is het einde van de crisis in zicht! Sterker nog, we kunnen dat proces zelf versnellen door weer aankopen te doen. Heel somber zaten Marijke en ik te turen op de definitieve verlaging van ons pensioen met 5,1%, toen we Rutte op de televisie hoorden raaskallen: ‘mensen moeten stoppen met somberen, met negatief naar de dingen kijken’. Het gaat niet ‘dramatisch slecht’, vindt hij. In individuele gevallen - dreigend ontslag, dalende huiswaarde, minder koopkracht, dalend pensioen - begrijpt hij de grote zorgen, maar wie puur door de algemene berichtgeving denkt dat het slecht gaat, mag wat Rutte betreft positiever naar de toekomst kijken.
‘Snap jij dat nou?’ vroeg ik aan Marijke. ‘Een nieuw huis kopen hoeven we niet, dit hebben we pas! Maar misschien een nieuwe auto?’, antwoordde ze. ‘Nou ja, deze is pas 6 jaar, maar als we daarmee de crisis kunnen stoppen, dan moet het maar’. Dus hebben we afgelopen week de camper een Frühjahrskontrolle gegeven, onze twee fietsen een beurt en nieuwe achterbanden gegund, hebben we het dak laten vernieuwen van onze achterbouw en ja, puur en alleen omdat Rutte dat ook wil, hebben we een nieuwe auto gekocht.

Dat was niet gemakkelijk, het blijkt niet zo eenvoudig Nederland uit die crisis te helpen. Eerst lieten we onze huidige auto schatten bij een kenner, dat valt altijd tegen maar 6000 euro zou een redelijke inruilwaarde zijn. Mijn sportmaat heeft pas een nieuwe Volkswagen UP gekocht en dat leek ons wel wat. Laag verbruik, geen wegenbelasting, wel wat klein maar een leuk wagentje. We stappen de autowinkel binnen en passeren alle dure bolides, en helemaal achteraan stond heel bescheiden onze metallic blauwe vijfdeurs in zijn UPje te glimmen. Goedemiddag mevrouw meneer, kan ik u ergens mee helpen?’. Je kent ze wel, zo’n gladde jongeman in donker loszittend pak, wit smoezelig overhemd met VW-stropdas. ‘Ja, we komen een einde aan de crisis maken, en willen deze UP aanschaffen’. Op een verhoogd plateautje tussen potsierlijke kunstplanten namen we plaats, hij vroeg mijn autosleutels en rijbewijs en liep weg voor de schatting en een kopietje voor de definitieve aankoop. Komt een hippe jongedame: ‘wilt u iets drinken mevrouw meneer?’. ‘Nou nee’. ‘Jawel, een glaasje water’, zei Marijke. De gladjanus kwam terug en begon de UP de hemel in te prijzen, de ontelbare extra’s op te sommen, en tikte daarbij te nonchalant onze gegevens in de computer. Zijn handy ging en hij liep telefonerend weg: ‘een ogenblikje mevrouw meneer’. Even later kwam hij weer terug met onze autosleutels en tikte helemaal niet somber het laatste bedrag in de computer en maakte een uitdraai. Heel trots schoof hij de offerte onder onze neus en tikte wat overdreven op het bij te betalen bedrag.
‘Valt vies tegen, wat krijgen we eigenlijk terug voor onze Fiat’.
‘3750 euro!’.
‘Waaaaat . . . godve . .‘.
‘Jan blijf rustig’
mompelt Marijke. Die gluiperige linkmiegel begint onze perfect onderhouden Fiat Idea van 2007 onderuit te halen en betrekt ook nog eens de crisis erbij. ‘Je bent een gewiekst ventje, maar we zitten hier juist om jullie uit die crisis te halen. Onze Fiat heeft meer klasse als jouw Uppie en jouw bod brengt zelfs Marc Rutte aan het somberen’. Net thuis gekomen gaat de telefoon, het is de glibberige UP-verkoper. ‘Ik heb nog eens overlegd, en ik mag het aankoopbedrag naar beneden afronden’. ‘Nou, nee hoor, dat is veel te weinig’. ‘s Avonds kruip ik achter de laptop en zoek op alle bekende autosites naar Fiat Idea’s van 2006 en 2007. Ik tik ze allemaal in een Excel-sheet daarbij automatisch het gemiddelde uitrekenend. Na 40 hits zit ik nog steeds boven de 6300 euro en laat dat via de mail weten aan die blaaskaak. ‘Ik wil 6000 euro inruilwaarde, en anders hoef je me niet meer terug te bellen’. En jawel hoor, de volgende dag gaat de telefoon. ‘Meneer Titulaer . . . . we zijn eruit . . . !’. Heel trots vertelt hij dat dan wel de korting van 500 euro eraf gaat en dat we dan 5000 euro krijgen voor onze Fiat Idea. Ik vlieg op uit mijn stoel en Marijke probeert me met handbewegingen tot enige beheersing te manen. ‘Luister jongeman, we wilden een deal sluiten om Nederland eindelijk uit die crisis te helpen. En bij een goede deal moet je van beide kanten een goed gevoel overhouden. Jij vraagt 12.459 voor jouw rot-UP en ik 6000 voor mijn dierbare Fiat. Ik vraag geen korting op jouw UP-rotter en jij kruipt gluiperig van 3750 naar 4500 euro. We moeten van Rutte positiever naar de toekomst kijken, maar die ligt duidelijk niet bij jou, we kijken nog even verder wie wel blij is met onze crisisaanpak.’.
‘Mag ik U nog eens bellen over een paar dagen . . .’.
‘Nee, al kom je nu met 7000 euro op de proppen, ik heb bij jou niet het gevoel dat we samen dit land verder helpen . . ‘.


De volgende dag gaan we naar de Fiatwinkel. We kijken wat rond, oefenen het in-en-uitstappen in een Fiat-500, -Panda, -Punto, -Qubo en –Doblo. We voelen aan het stuur en proberen de stoelen nog wat verder omhoog te draaien, want we zitten graag wat hoger. Oh jee, komt zo’n gluiperd aan, nu met loszittend grijs kostuum en een modieuze roadview-bril:
‘Mag ik u vragen wat u zoekt?’.
‘Tja, we moeten van Rutte ons land uit de crisis helpen, en willen daarom een nieuwe auto kopen!’
.
Hij kijkt ons aan als een doos speelgoedautootjes: ‘Ik bedoelde eigenlijk zoekt u iets meer luxe of iets robuust? Iets met hoge instap of gewone instap? Iets met meer binnenruimte of maakt dat niet uit? Iets met . . . . ’. We komen uiteindelijk bij een glimmend zwarte Fiat-Qubo . . . ‘Maak maar eens een scherpe offerte, en bedenk daarbij dat we wel een prachtige Fiat-Idea inruilen’.
‘Willen jullie iets drinken?’.
‘Ja, koffie graag, ik zwart en mijn man met alles’
, zegt Marijke.
De vriendelijke jongeman haalt zelf de koffie en levert onze autosleutels af aan de balie bij de garage. Marijke en ik doen schattingen op het bedrag waar hij op uit zal komen. Na zenuwachtig wachten, waarbij ik me voorbereid op zware onderhandelingen, schuift de sympathieke verkoper de offerte tussen ons in. Hij geeft 1500 euro korting bovenop de actieprijs van de Qubo en we krijgen 6250 euro voor onze Fiat Idea. ‘Uhh . .daar moeten we even over nadenken’.
‘Waarom dat dan . . ‘
stoot Marijke me aan.
‘Nou ja, dit zijn toch investeringen die het landsbelang aangaan, daar moeten we thuis op de bank nog even over praten, we bellen je op. Ja, sorry mijn vrouw die vindt het nogal snel goed maar ik kan haar moeilijk thuis laten . . ‘. De goeie man glimlacht en we staan op. We lopen langs de glimmende Fiat Qubo, niet iets wat we vooraf in gedachte hadden. Maar ja, hij is wel robuust en niet luxe, heeft een lekkere hoge instap, veel ruimte en geen tierelantijntjes die we toch niet begrijpen. Bij het passeren voel ik Marijke links tegen me aanduwen en geloof het of niet, rechts duwt die Qubo tegen me aan.
‘Okay, okay, laten we de koop sluiten’.
‘Weet u het zeker, u kunt me ook morgen nog bellen’
, zegt de verkoper. Bij het zetten van de handtekeningen zegt hij:

‘Mooie auto die Idea, mijn schoonouders hebben ‘m ook’.